7 vragen over het verbetertraject

1. Wat als een werknemer met wie ik een verbetertraject wil ingaan, weigert mee te werken en zich negatief opstelt?

Als een werknemer zich zo negatief op stelt en weigert mee te werken aan een verbetertraject, dan is het raadzaam om goed (schriftelijk!) vast te leggen dat de werknemer niet wil meewerken aan een verbetertraject. 

2. Kan een verbetertraject samengaan met een re-integratietraject?

Dit hangt af van de omstandigheden. Als de werknemer tijdens het verbetertraject (volledig) arbeidsongeschikt raakt en als gevolg daarvan geen invulling kan geven aan het verbetertraject, is het raadzaam om het verbetertraject tijdelijk op te schorten of te verlengen voor de duur dat de werknemer geen invulling kan geven aan het verbetertraject. Doe dit (bij twijfel) in overleg met de arboarts. 

3. De werknemer met wie ik een verbetertraject ben ingegaan, weigert om de gespreksverslagen 'voor akkoord' te ondertekenen.

Het is van belang te achterhalen waarom de werknemer de verslagen niet wil ondertekenen. Doorgaans zal dat zijn omdat de werknemer het niet eens is met de inhoud van het gespreksverslag. Hij vindt bijvoorbeeld dat zijn inbreng niet goed is verwoord in het verslag. Als dat het geval is, dan kan het helpen om de werknemer te vragen op zijn op- en aanmerkingen ten aanzien van het gespreksverslag op schrift te stellen en dat stuk aan het gesprekverslag te hechten. 

4. Hoelang duurt een verbetertraject?

De wet schrijft niet voor hoelangmoet duren. De duur hangt erg af van de situatie. Als het gaat om verbeteringen die een werknemer vrij gemakkelijk moet kunnen bewerkstelligen, dan hoeft het traject niet lang te duren. Maar als het gaat om vrij ingewikkelde dingen of om iets dat je pas na enige tijd kunt meten, dan moet het traject lang genoeg zijn. Het hangt ook af van de duur van het dienstverband van de werknemer – iemand die al lang in dienst is en altijd prima heeft gefunctioneerd, moet een wat langere termijn gegund moeten worden dan iemand die wat korter in dienst is en/of bijvoorbeeld al een verbetertraject achter de rug heeft. Als algemene richtlijn kun je aanhouden tussen de twee en zes maanden.

5. Hoe om te gaan met een zwangere werknemer in een verbetertraject?

Tijdens de zwangerschap en het zwangerschaps- en bevallingsverlof geldt een opzegverbod. Daardoor is het zo dat als het moment van de eindevaluatie valt tijdens de zwangerschap of tijdens het zwangerschaps- of bevallingsverlof, het bijzonder lastig is om - als de eindevaluatie negatief uitpakt voor de werknemer - een beëindiging van het dienstverband te realiseren. In een dergelijke situatie doe je er verstandig aan om het verbetertraject te verlengen tot enkele maanden na terugkeer van verlof.

Fotobron: Shutterstock